Het is alweer bijna 5 weken dat ik mijn tocht moest afbreken, en graag wil ik even reageren op de ontvangen reacties. Natuurlijk altijd Janny, al sinds eeuwen mijn onmisbare levensgezel. En mijn trouwe supporters Annelies (en Arie), René, en Gerrie (met Henk). Van jullie reacties heb ik slechts een week mogen genieten. René, ik hoop dat het jou in augustus veel beter vergaat op de del Norte, en wens je een hele mooie tocht met prachtige natuur en memorabele ontmoetingen.
In die 5 weken heb ik veel nagedacht hoe en waarom het zo is misgegaan. Uitsluitend Parkinson, of speelt er nog iets anders? Behalve het feit dat mijn benen en voeten elke dag vermoeider voelden, heb ik ook enkele blauwe nagels gelopen, zowel links als rechts. Thuis ben ik direct begonnen met een dagelijks rondje van een uur, soms een kwartier mee, en 2x een tocht van 13 km. Op mijn lage 4daagse schoenen, zonder grote rugzak. Geen centje pijn! Hoe kan dat nou?
In april kocht ik bij het Loopcentrum in Horst een nieuw paar wandelschoenen, wederom Meindl Vakuum Fit II Weit GTX, daar loop ik al jaren mee. Maar nu nam ik mede op advies van het Loopcentrum maat UK10,5 (EU45), terwijl ik altijd UK11 (EU46) droeg. Afgelopen zondag was ik bij de Lowastand op de 4daagse voor een nieuw paar lage wandelschoenen. Lowa heeft mijn voeten opgemeten, en de uitkomst was normale schoenmaat 45, dus wandelschoenen een maatje groter ofwel 46! Zouden de Meindls een maatje te klein zijn geweest, en de blauwe nagels en vermoeide benen verklaren? Volgens Lowa heel goed mogelijk.
Ik heb inmiddels contact gehad met het Loopcentrum, en ga er binnenkort een keer langs. Voeten opmeten en daarna een conclusie trekken, wel of niet de goede maat. Ofwel, wel of geen tegemoetkoming in een oplossing. Belangrijker vind ik, dat ik me door deze ontwikkeling nog niet heb neergelegd bij “einde camino”. Misschien gaat het wandelen met maat 46 Meindl wel goed, en anders met de lage 4daagse schoenen. Die t.z.t. met bepakte rugzak proberen, en dan zullen we volgend jaar eens verder kijken. Steun geeft me ook het verhaal van Annelien Oosterbaan, medewerker Radboud UMC van het Parkinsonteam, en zelf al 8 jaar patiënt. En pas 41 jaar, maar ze loopt wel de 4daagse!!! Met medicatie, dus mocht het nodig zijn dan kan ik altijd nog daarvoor gaan. En desnoods op de camino mijn rugzak laten vervoeren. Kortom, er gloort hoop, en dat is zo’n lekker gevoel, want hoop houdt een mens op de been. In mijn geval hopelijk letterlijk.
Afgelopen
Na twee dagen begon ik te merken, dat het steeds meer moeite kostte om de benen vooruit te krijgen. In plaats van dat het lopen na een eerste stroef uur soepeler ging, werden de benen steeds stijver, soms gewoon ronduit pijnlijk. Proberen aan te komen op het eindpunt werd het doel, het genieten zakte weg. Naarmate ik gedurende de dag steeds moeier werd, was het vooral op smalle paadjes moeilijk de voeten goed te plaatsen, ik begon dan meer te zwabberen.
Woensdagochtend heb ik de knoop doorgehakt, doorgaan heeft geen zin zo, de benen en voeten willen gewoon niet. Parkinson heeft me meer te pakken dan ik gedacht had, mijn lijf krijgt niet meer gedaan wat mijn hoofd nog zou willen. Ik ben blij dat ik het tenminste geprobeerd heb, nu is de twijfel weg, en ik kan accepteren dat meerdaagse wandeltochten niet meer mogelijk zijn. Geen probleem, ik heb vele mooie tochten kunnen maken, en ga me nu nu focussen op andere leuke dingen die nog wel kunnen.
Vrijdagmorgen is Paul vanuit Sint Michielsgestel naar Postel gereden. Na een koffie hebben we een rondje van 6,5 km rondom de abdij gewandeld, dat ging al moeizaam. Daarna lunch in De Beiaard bij de abdij, daarna brengt Paul ons naar huis, geweldig, zeer dankbaar! Vlak voor ons huisadres nog een afsluitend biertje met bitterballen. Het voelt goed weer thuis te zijn, de grote omschakeling kan beginnen.




Dag 6: Postel 25 km
Meteen bij vertrek uit Vessem, om 8.30 uur, kiezen we na verlaten van het dorp voor de omleidingsroute over asfaltwegen. De eerste 2 km langs de kleine Beerze zijn te drassig. Maar ook als we daarna wel de officiële route langs de kleine Beerze nemen blijkt dat onbegonnen werk. Het onkruid staat er soms een meter hoog, en de toch al smalle paadjes zijn helemaal overwoekerd. Via een akker met vette klei komen we weer op een asfaltweg die ons naar Duizel brengt. Hierop zitten we niet te wachten, we balen van de slechte route en daardoor van de extra km’s.
In Duizel valt niks te halen, aan de rand van het dorp pakken we de pelgrimsroute weer op en lopen onder de A67 door. Daarna wordt de route beter begaanbaar, door natuurgebied de Cartierheide. Hier snijden we sommige stukjes af omdat we vandaag toch al genoeg km’s lopen. Nergens een bankje, op 2 houten paaltjes eten we ons meegebrachte lunchpakket op.
Ongeveer 5 km voor Postel komen we bij de Dodendraad, door de Duitsers in WO1 aangelegd van Vaals naar Knokke. Met 2000 volt erop moest dat ongewenste grensgangers tegenhouden. Niet helemaal gelukt, meer dan 800 mensen zijn er door doodgebliksemd.
Om 16 uur zijn we bij de indrukwekkende abdij, gastenpater Benny begeleidt ons naar de slaapkamers. Frismaken en dan een Postels abdijbiertje. Na de Vespers om 18 uur nuttigen we met 6 man een broodmaaltijd, helpen mee afruimen en tafel dekken voor het ontbijt. Daarna nog een biertje, mooi geweest, terug naar de slaapkamer voor deze verslagen en dan naar bed. De benen zijn op, het was een zeer vermoeiende dag.


Dag 5: Vessem 18 km
Jan brengt ons met de auto naar het punt waar we gisteren de route verlaten hebben, de Viermannekesbrug. We lopen langs de Beerze, 2 km tot Spoordonk. Het eerste deel is het pad redelijk begaanbaar, daarna gewoon goed. Bij de oude watermolen, helaas niet in bedrijf of te bezichtigen, gaan we naar links, naar de kerk. De Mariakapel zit dicht, dus melden we ons binnen bij Jan. Hij maakt de kapel open en we zetten onze stempel.
De route over de A58 betekent een beetje omlopen, er is geen trap (meer?) het talud op. Na wat paadjes komen we bij de kapel van de Heilige Eik.
Een eind verder steken we via een ophaalbrug het Wilhelminakanaal over. In Middelbeers is het tijd voor koffie met een tosti. Daarna begint het afzien. De Jacobsroute gaat door heide- en vennenlandschap, door de regenval staat veel in of onder water. De doorwaadbare voorde is een plas geworden. We zoeken in Outdooractive naar alternatieve routes, vaak alleen mogelijk via asfalt. Zo komen we uiteindelijk noodgedwongen via een andere weg Vessem binnen. Om 15 uur zijn we bij de herberg, bakje koffie, inschrijven en dan naar de kamer. Na de douche etc. gaan we op de kruising een biertje drinken, maar helaas, de Gouden Leeuw heeft sinds vorig jaar zomer andere eigenaren en heet anders. Valt een beetje tegen.
We zitten met 10 man, inclusief gastechtpaar, aan het avondeten, prima. De anderen lopen kloosterpad Brabant, of een 4daagse klaverblad Vessem. Om 21 uur vind ik het mooi geweest en na deze vermoeiende dag met extra kilometers zoek ik mijn bed op.




Dag 4: Spoordonk 23 km
Mazzeldag. Vanuit ons logeeradres in Vught liepen we binnen een kwartier weer op de route. Voor de zekerheid mijn regenbroek en een dun regenjack aangedaan, ook omdat het koud was. Over landelijke wegen langs Esch en Haaren, tot we na 10km natuurgebied de Campina inliepen. Die natuur is prachtig, veel water, mooi groen. Sommige stukken zo drassig dat we om moeten lopen. Een paar km voor Spoordonk komen we langs de Beerze te lopen, weer heel mooi. Wel over lastige weidepaden met plakklei, door wilde grazers kapot gelopen. Bij de Viermannekesbrug besluiten we af te wijken van de route, om rechtstreeks naar restaurant Komaen te gaan. Daar nuttigen we een grote maaltijd met een verdiend biertje. Dan is het nog 3 km lopen naar ons logeeradres ten noorden van Spoordonk. Bij Vrienden op de fiets Jan en Fien, prima ruimte. Zo komen we vandaag toch op 23 km. Jan brengt ons morgenochtend naar de Viermannekesbrug, zodat we daar kunnen beginnen met de route. Dat stuk is goed te lopen, en je komt langs een oude watermolen en vistrappen. Zijn tip: bij de Spoordonkseweg een stukje naar links naar de kerk met kapel, waarin een stempel hangt.
De mazzel: onderweg een paar keer dreigend, poncho aan, maar geen enkele bui loosde zijn water boven ons. Heel fijn!
Onderweg was er trouwens niets te halen, dus ons kopje koffie van Fien was pas de tweede vandaag, na die van het ontbijt. Morgen naar Vessem, zin in!






Dag 3: Vught 19 km
Vliegen de zwaluwen laag, regen vandaag. Nou, vandaag kropen ze over de grond. Vanmorgen was redelijk te doen, maar rond het middaguur, toen we net Den Bosch binnen liepen, kwam het er met bakken uit. Duidelijk werd toen dat mijn poncho niet meer waterdicht is. Nog bij Bever, Intersport en ANWB gevraagd, maar nergens rugzakponcho’s. Een oplossing is echter in de maak. Vanaf 14 uur, na de lunch, werd het droger, en op een paar spetters na bleef het dat ook. De route daarentegen was zeer mooi, meteen Vinkel uit langs de Groote Wetering, ongeveer 10 km.

Soms smalle paadjes met hoog, nat gras. Daar bleek dat de schoenen van Ad niet helemaal waterdicht zijn, vooral de zolen niet. Onze regenbroeken doen echter prima werk, houden de schoenen, sokken en broeken wel droog.

Den Bosch uit via mooie natuurpaden, een stukje door Vught-Noord, en langs de rand van Vught-West naar het zuiden, tot de Ijzeren Man, waar we om 16.45 uur waren. Ons 2e bakkie koffie, een maaltijd en een biertje. Vanaf daar was het nog 45 minuten lopen naar ons slaapadres bij Rien en Marietje van Vrienden op de Fiets. Behoorlijk vermoeid, het was inmiddels kwart voor zeven, aanvaardden we dankbaar een koffie, even praten en dan naar onze kamer. Douchen en rusten, meer willen we niet. Morgen lijkt wat beter te worden, dus beginnen we hopelijk met de regenbroek en poncho in de rugzak.

Dag 2: Vinkel 19 km
De route: vandaag twee totaal verschillende gezichten. Van Zeeland naar Nistelrode/Slabroek prachtig, door natuurgebied de Maashorst. Veel onverhard wandelen, soms los zand. Sommige stukken pad stonden licht onder water, andere zoveel dat het pad was afgesloten. Dan met de GPX alternatieve paden zoeken. Avontuur dus! Een gebied met veel plassen en poelen.

In Nistelrode een goede koffiestop, daarna was de route compleet anders. Veel lange rechte stukken asfaltweg, via Donzel en Munnekens-Vinkel tot in Vinkel zelf. Zou daarvoor nou geen aantrekkelijker alternatief zijn?
In Vinkel een cola, en Janny bellen die ons komt ophalen.
Het fysiek: gisteren goed doorgekomen, de start vandaag ging soepel. Na de koffiepauze moeizaam om de benen los te krijgen, misschien speelden de route en het asfalt ook een rol. Dan is het fijn om niet alleen te lopen.
De moraal: ik heb nog niet echt het caminogevoel. Vannacht de laatste nacht thuis, daarna steeds logeeradressen. Ik denk dat dit me in de goede richting duwt. En als Ad vrijdagmiddag afhaakt ben ik op mezelf aangewezen, ik schat in dan nog een week nodig te hebben om het pelgrimsritme te pakken te krijgen.
Na twee dagen goed wandelweer schijnt morgen een natte dag te worden. Zien hoe we daar doorheen komen.
Dag 1: Zeeland 18 km
Een goed begin van de tocht, bescheiden afstand, prima wandelweer met eerst veel zon en later bewolking, door de wind soms zelfs fris.
Veel over asfalt, pas ruim na Escharen eindelijk onverhard. Wel mooie afwisseling van landschap, hoewel we veel kennen nog zo dichtbij huis.
De laatste km’s voelden we allebei de benen meer, maar als je weet dat je nog maar 3km moet gaat dat tussen de oren kleven. Kijken hoe de benen morgen voelen en hoe we die dag doorkomen. Zal ongeveer 19 km zijn, Janny rijdt ons naar de kerk in Zeeland. Overigens bij het naastgelegen restaurant De Pastorie een stempel voor onze credencials gekregen.

Zeeland 18 km
Morgen, zaterdag 8 juni gaat het gebeuren. Ad en ik lopen onze eerste etappe, 18km naar het dorp Zeeland. Daar worden we dan opgehaald door Janny om thuis te kunnen eten en slapen. Spanning in mijn lijf, hoewel het een bescheiden beginafstand is, en ik de eerste twee nachten nog thuis slaap. Vanaf maandag ben ik echt weg van huis. Wel veel zin in morgen, het lijkt prima wandelweer te worden, en door Grave en Escharen met als eindpunt Zeeland is gewoon mooi.
Een nieuwe uitdaging
Al langer loop ik met het idee nog eens helemaal vanuit huis naar Santiago te wandelen. In 2010 ben ik in Vézelay begonnen en in juli 2011 in Santiago aangekomen, dus nu in ieder geval het stuk thuis-Vézelay doen zou al mooi zijn. Maar toch? Vorig jaar ging niet door vooral vanwege de geboorte van ons tweede kleinkind, en daarvoor was er Corona. Dus heb ik het plan gemaakt dit jaar te gaan, ergens in de 1e helft juni.
Twijfel is er genoeg: hoe ga ik om met de warmte in de zomer, is mijn lijf nog sterk genoeg, lukt het regelen van slapen en eten onderweg, vooral in het stille noorden van Frankrijk. En mentaal, sla ik me goed door de sombere dagen heen, want die zullen er ongetwijfeld komen. Als ik zo negatief wegmijmer, probeer ik aan de mooie momenten te denken: ’s morgens vroeg de deur uit, de stilte van de ochtend, de zonnebloemen, het fruit aan de bomen en struiken, ontmoetingen met de plaatselijke bevolking en met de gastadressen, en hopelijk medepelgrims waarmee je leuk contact hebt. Janny steunt me volop, zegt ook, dan kom je toch gewoon naar huis als het tegenzit? Wie mij kent weet, dat dat niet zo gewoon is.
Ook wat betreft mijn bestuursfuncties is het geregeld, mijn collega-bestuurders nemen mijn taken waar. Super!
Wat zeker een rol speelt, is dat er in maart de diagnose Parkinson is gesteld. Onduidelijk is nog, hoe progressief zich dat bij mij ontwikkelt. Maar volgens de neuroloog kan ik die progressieve ontwikkeling remmen door veel te bewegen en te sporten (elke dag een half uur hijgen). Ik heb zijn volle support om met mijn tocht te beginnen, en zodra eenmaal de heuvels komen komt het met hijgen ook wel in orde. Ik heb wel veel last van stijve spieren, of ik nou gewandeld heb of niet. Afijn, de tijd zal het leren.
Ik moet er wel voor waken niet in het bovenbed van een stapelbed te komen, want één van de symptomen is de nachtelijke onrust soms, met het risico uit bed te donderen. Dus, gaan zolang het nog kan.
Mijn paklijst is tot in de details doorgespit, met 1,5 liter water en 400 gram eten en de routeboekjes voor onderweg kom ik op 9,7 kg. Plus een heuptas met filmapparatuur, die weegt bijna 1,5 kg. Het rugzakgewicht zal minder worden zodra ik weer een routeboekje doorgewerkt heb, want dan gaat het retour naar huis.
Mijn route: van huis (Wijchen) naar Den Bosch en dan Vessem. Daar de Monastica via Postel, Namen naar Rocroi. Dan de Campaniensis via Reims en Troyes tot Vézelay, en vandaar de Via Lemovicensis naar St.-Jean-Pied-de-Port, via de variant over Nevers (in 2010 liep ik via Bourges). Tot slot de Camino Francés. Naar verwachting druk, dus tegenwoordig slaapplek reserveren (?), maar zo mooi. Ik zie wel hoe druk het is, dat zal waarschijnlijk september worden dat ik daar loop.
De eerste week loopt waarschijnlijk wandelvriend Ad mee, erg leuk, daarna stap ik alleen door. Ik probeer onderweg mijn website bij te houden via mijn mobieltje, maar dat zal niet elke dag lukken, en mogelijk alleen een kort verslag en geen foto’s. Als er mensen zijn die mij volgen doet het mij erg goed reacties te lezen, die steun en support zal ik geregeld nodig hebben. Allez, on y va.